Kleur en comfort zijn twee ontastbare elementen die onze woon- en werkomgeving beïnvloeden en vormen. Kleur heeft bijvoorbeeld de rol te inspireren - associatief of intuïtief. Het kan de concentratie verhogen, prikkelend zijn of juist kalmerend. Comfort is een element dat in een ruimte wordt ervaren wanneer deze zacht oogt en aanvoelt, waar ruis wordt gedempt. Deze twee ontastbare elementen maak ik tastbaar in mijn ontwerpen. In mijn textiele (wand)objecten werk ik met materialen die geluiddempend zijn en zo de akoestiek in een ruimte verbeteren. Ik werk heel intuïtief en onderzoekend met vorm en kleur, om zo een aangename esthetische toevoeging te zijn en onze verbeelding te prikkelen. Mijn ontwerpen zijn een resultaat van een nieuwsgierigheid en liefde voor materiaal en ik hoop de toeschouwer hierin mee te kunnen nemen en te verwonderen.

De ontastbare elementen kleur en comfort maak ik tastbaar in mijn ontwerpen

Bubbel
Samen met 10 andere creatieve ondernemers werd ik door OPA uitgenodigd om te vertellen over mijn werk bij de 20x20! avond. Als regelmatige bezoeker van deze avonden voelde ik mij vereerd en trots maar al snel realiseerde ik me ook dat het Pecha Kucha format van 20 keer 20 seconde een uitdaging zal worden. Ik ben een vormgever die vanuit haar bubbel (studioruimte) onderzoekt en creëert. Praten over mijn werk is iets dat mij niet heel natuurlijk afgaat en dus ook niet snel zelf opzoek. Des te meer was deze presentatie bij Showroom Arnhem een kans om hierin te groeien. Vierhonderd seconde, dat moet toch lukken!

Dit jaar ben ik ook gestart met coaching traject Driving Dutch Design. Dit is een programma waarbij een groep geselecteerde jonge ontwerpers ondersteuning krijgen in hun ondernemerschap. Gedurende een periode van 9 maanden komen we bij elkaar voor masterclasses en trainingen en als kers op de taart presenteren wij ons werk als groep op de Dutch Design Week. Dit programma is opgezet door de Beroepsorganisatie Nederlandse Ontwerpers (BNO), Dutch Design Foundation (DDF) en ABN AMRO bank, een mooi netwerk dat mij helpt buiten mijn bubbel te kunnen treden.

Doesness
Tijdens de tweede bijeenkomst van DDD maakte ik kennis met Paul Hughes, zijn masterclass was in het thema van 'Story Telling'. Een van de dingen die mij aan het denken zette is dat ontwerpers heel vaak spreken vanuit hun 'isness': wij vertellen wie we zijn, wat we maken en hoe dit eruit ziet. Maar dit zijn gegevens die vaak al duidelijk en zichtbaar zijn. Paul was nieuwsgierig naar onze 'doesness'. Wat veroorzaakt jouw ontwerp? Welk probleem lost het op? Wat gebeurt er met de gebruiker? Wat doet het voor onze omgeving, onze samenleving? Kortom: wat doet het?

Mijn ontwerpen verwonderen, maken een omgeving zacht, dempen geluid en verminderen zo ruis. Ze verfraaien een ruimte en spreken tot de verbeelding. Ik ben een bescheiden vormgever en het voelt voor mij gek om zo te spreken over mijn werk - ik hoop ik dat mijn werk dit voor mij doet. Dat de zorgvuldig geselecteerde afbeeldingen een beetje voor mij zullen spreken.

Ik heb gekozen om twee projecten toe te lichten: een project dat laat zien waar ik nu mee bezig ben en een project dat laat zien waar ik vandaan kom. Met het project In4nite heb ik vorig jaar een presentatie neer gezet op de Dutch Design Week en op het moment ben ik bezig om de collectie die ik daarvoor heb ontworpen verder te ontwikkelen tot verkoopbare producten.

In4nite
Op initiatief en in samenwerking met Low&Bonar is in maart 2017 het project In4nite van start gegaan. Met in totaal 10 ontwerpers kregen wij beschikking over een van de materialen van Low&Bonar - een bedrijf dat performance materials ontwikkelt en produceert: materialen die onder andere worden verwerkt in tapijten, wegenbouw en de auto-industrie. Voor dit project stelden zij hun materiaal Colback beschikbaar, een non-woven kunststof dat heel sterk en lichtgewicht is.

Ik vond het meteen een mooi materiaal: het is licht transparant en heeft een mooie tekening door hoe het materiaal gevormd is. Colback word altijd zo verwerkt dat het niet zichtbaar is dus ik wilde het juist een visuele en esthetische rol te geven in mijn ontwerp. Het was interessant om het project te zien groeien en al snel zagen we de potentie om ons te presenteren op de Dutch Design Week. Iedere ontwerpstudio binnen het project is een eigen richting opgegaan en de resultaten laten samen heel goed de nieuwe mogelijkheden met het materiaal zien.

FUSED
De collectie die ik heb ontworpen heeft de naam FUSED gekregen - omdat ik de Colback heb gecombineerd met andere materialen. Zo kon ik kleur toevoegen en volume creëren. Het is een serie geluidsabsorberende panelen geworden in een dromerig kleurenpalet. Het materiaal word gemaakt in wit, zwart en grijs dus ik wilde hier graag kleur aan toevoegen. Door de witte transparante Colback te combineren met een gekleurde ondergrond ontstaan er zachte kleuren. Daarnaast ben ik ook gaan experimenteren met het zelf kleuren van het materiaal. Tijdens een testje knoeide ik per ongeluk wat kleurstof op het materiaal en ik zag dat het heel mooi als een soort kristalstructuur uitvloeide. Dit “foutje” ben ik gaan sturen en is een belangrijk onderdeel in de collectie geworden. Het spelen met serendipiteit is iets dat ik heel interessant vind in een ontwerpproces. Ik ontwerp vaak vanuit een materiaal, door te experimenteren en mouleren ontdek ik nieuwe mogelijkheden. Het is een verkenningsproces waarbij foutjes vondsten worden.

De eindpresentatie op de DDW heeft mij veel inzicht gegeven in hoe ik verder wil met deze collectie. Ik heb met veel mensen gesproken en gezien hoe ze op het werk reageren. Mijn doel is om te verwonderen en het is leuk om te zien dat iedereen iets anders in het werk zag. Die associatie vind ik interessant, dat is ook iets dat je niet vooraf kunt sturen of bedenken. Zo heeft een ander akoestisch werk dat ik eerder heb gemaakt de bijnaam ‘De Schnitzel’. Dan is mijn doel geslaagd, daar word ik blij van!

Mijn ontwerpen verwonderen, maken een omgeving zacht, dempen geluid en verminderen ruis

FUSED - Part Two
Ik ben met twee producten uit de In4nite collectie verder gegaan. Ze zijn doorontwikkeld met het oog op een slimme productie zodat ik de producten zelf vanuit mijn studio kan maken. Het proces van het zelf maken vind ik interessant omdat er nog ruimte is voor nieuwe “foutjes en vondsten”.

FLOW heb ik doorontwikkeld met een vulling van polyesterwol - speciaal ontwikkeld voor de akoestische markt en met een hoge absorptie waarde.  DRUM maak ik nu met een dik wolvilt, dit materiaal word ook veel gebruikt om haar absorptie waarde en het is fijn om mee te werken. Ik kon mij alleen niet vinden in de standaard kleuren van de grote leveranciers en verf daarom de wolvilt nu zelf. Zo heb ik veel vrijheid heb in het vinden naar een goede kleurenmatch voor een ruimte. Ook is het vilt een nieuw materiaal dat ik in handen heb en waar ik mee kan experimenteren. Dat is wat ik het liefste doe, een materiaal verkennen en hier een nieuwe waarde aangeven. Zo is ook Growing Textiles ontstaan.

Growing Textiles
Dit project begon tijdens mijn studie op ArtEZ: een lokale schaapskooi stelde de studenten de vraag wat te doen met hun wol. De wol van hun schapen is namelijk van een te kleine hoeveelheid voor de grote industrie en werd daarom vaak noodgedwongen vernietigd. Dat is vreselijk zonde van zo’n waardevol materiaal. Samen met studiegenoot Noortje de Brouwer hebben wij toen een techniek ontwikkeld waarbij we grote hoeveelheden wol verwerkten tot een zachte oppervlak voor bijvoorbeeld zittingen. Growing Textiles is het jaar daarop gestart toen de behoefte kwam om deze techniek door te ontwikkelen tot geluidsabsorberende wanddecoratie. Deze vraag kwam vanuit Kathlijn de Booij en Floris Schoonderbeek, zij waren toen net begonnen met hun plannen voor de Kleine Campus, een nieuwe werkcommunity in het voormalige Gymnasium. Wij maakten voor hun ons eerste werk onder de naam Growing Textiles en het staat nog steeds liefkozend bekend als ‘De Schnitzel’.

Wol is een fijn materiaal om mee te werken maar er zijn nog zo veel meer materialen die misschien ook niet geheel worden benut. Zo kijk ik altijd met grote nieuwsgierigheid om mij heen en ben ik nu bezig met een gerecyclede jeansvezel. Deze wil ik ook als vulmiddel inzetten in de werken voor Growing Textiles. Ik ben benieuwd wat het materiaal nog meer zou kunnen betekenen. Mijn doel is om op deze manier te blijven ontdekken en producten te mogen ontwerpen die onze omgeving zacht maken, dempen en onze verbeelding prikkelen.

Mieke van den Hout

Productontwerper Mieke van den Hout ontwikkelt vanuit haar studio Mieke Lucia esthetische akoestische oplossing van verschillende materialen. Zij schreef dit artikel naar aanleiding van haar presentatie op onze 20x20! avond.

Steun OPA door member te worden en krijg naast gratis toegang tot onze avonden nog vele extra’s!